Khmer Rouge - Tuol Sleng

7 januari 2020 - Phnom Penh, Cambodja

We hebben de hoofdstad van Cambodia bereikt. Het voelt voor ons beiden als een soort thuiskomen in een stad. Het is een gekkenhuis met scooters, auto’s, bajaj’s, tuktuk’s, wandelaars, fietsers en wat nog meer. En toch bewegen we ons er opmerkelijk gemakkelijk en comfortabel doorheen. We hebben geen haast en bekijken alles inmiddels met de ogen van ervaren reizigers, althans, wat het verkeer betreft. We nemen voorrang waar nodig en we merken vaak dat de verkeersdeelnemers met ons voorzichtiger zijn dan met het eigen volk. Kan ik me ook wel iets bij voorstellen, want wie wil er nu een ongeluk waar een buitenlander bij betrokken is? Dat is vaak alleen maar narigheid, politie onderzoek, verzekering enz. Nee, daar zitten ze niet op te wachten.

De stad zal er nu ongetwijfeld zoveel anders uitzien dan pak ‘m beet 40 jaar geleden. De zwartste bladzijde uit de geschiedenis van Cambodia wordt dan net omgedraaid. Het is 1979 en het Khmer Rouge regime van Pol Pot is net door de Vietnamezen verdreven. De heftige waarheid wat er in de 4 voorafgaande jaren is gebeurd dringt nog niet goed tot de wereld door. Dat kan ook moeilijk anders, want de cijfers zijn zo ongelooflijk dat het tijd nodig heeft om te bezinken. In de ruim 4 jaar dat Pol Pot aan de macht is geweest in dit mooie land, hebben hij en zijn kornuiten kans gezien om bijna 2 miljoen Cambodianen om het leven te brengen. Op een totale bevolking van bijna 8 miljoen is dat dus ruim een kwart! Wanneer je dat tot je door laat dringen, een kwart van de bevolking omgekomen door honger, ellende en marteling! Van de bijna 2 miljoen inwoners die Phnom Penh telde in 1975 waren er in 1979 nog maar zo’n 15.000 over. De hoofdstad was een ware spookstad geworden.

Maar hoe weinig mensen er ook nog maar waren in de stad, één gebouw was altijd meer dan overbevolkt en dat was een voormalig schoolgebouw met de naam Tuol Sleng, of beter bekend met zijn beruchte naam S-21. Dit gebouw staat op ongeveer 1,5 km van ons hotel en vandaag wandelen we daar naar toe. Het is onze enige bestemming en het wordt tegelijk een heftige. Want S-21 was in de jaren van het Khmer Rouge regime  berucht als martelgevangenis. We betalen $ 8,00 per persoon en er wordt ons gevraagd niet te vergeten dat de plek naast een museum ook een gedenkplaats is. Betreedt het met respect voor de 15.000 tot 20.000 slachtoffers die in de gebouwen op de meest gruwelijke wijze om het leven zijn gekomen. Tuol Sleng is geen groot complex. Er staan 4 onderling niet met elkaar in verbinding staande gebouwen rondom een grasveld met mangobomen. Die stonden er ook al toen het regime de klaslokalen ombouwde tot vertrekken des doods. Wat we te zien krijgen doet me direct weer denken aan de bezoeken die we hebben gebracht aan Dachau en meer recent aan Auschwitz. Het eerste wat in me opkomt: “wat zijn mensen toch beesten”, maar dat neem ik direct weer terug, want beesten zijn bij lange na niet zo laag bij de grond als de mens in bepaalde omstandigheden. Beesten doden niet voor hun plezier en zonder doel, de mens wel. In sommige lokalen staan nog de originele stalen bedden met ketens waarop mensen werden vastgebonden en gemarteld. In andere lokalen zien we kleine stenen of houten cellen waar gevangenen zaten, weer andere lokalen zijn voorzien van foto’s en martelwerktuigen die daadwerkelijk gebruikt zijn. Elektriciteitskabels diende als zweep, deuren werden voor waterboarding praktijken gebruikt, pikhouwelen om hersens in te slaan. Het is zo dichtbij en reëel opgezet dat we er totaal stil van worden. Emotioneel grijpt deze weerzinwekkende omgeving je naar de keel. Waar een mens toch niet toe in staat is! De audio tour is verstandig opgezet, geen overdreven toeters en bellen, het niet nog emotioneler gemaakt dan het al is. De archieven die bij de bevrijding van S-21 zijn gevonden zijn vrijwel direct na de opening als museum in 1980 vrijgegeven voor het publiek, zodat familie en vrienden op zoek kunnen naar hun geliefden. Ook daarover worden een paar hartverscheurende verhalen verteld. Wat me ontzettend bevreemd is dat het voor Pol Pot mogelijk is gebleken om met een deel van zijn strijders te vluchten naar de grens van Thailand. Daar heeft hij gewoon nog tot ver in de jaren negentig van de vorige eeuw zijn strijd kunnen voortzetten zonder dat gerechtigheid heeft kunnen plaatsvinden. Hij is op onverklaarbare wijze daar ergens in het junglegebied tussen  Thailand en Cambodia om het leven gekomen zonder zich ooit te hebben hoeven verantwoorden. Dat lijkt me vooral voor de nabestaanden zeer moeilijk te verteren. Wie dat wel heeft moeten doen is kameraad Duche, de kampcommandant van Tuol Sleng. Zijn rechtszaak diende in 2007 en hij werd uiteindelijk tot levenslang veroordeeld.

Morgen staat er nog een emotioneel zwaar bezoek op het programma als we de Killing Fields gaan bezoeken. Cambodia kun je nu eenmaal niet bezoeken zonder deze twee zwaar beladen plekken te hebben bezocht, zelfs niet als je met de fiets alleen maar op doorreis bent.

Foto’s

3 Reacties

  1. Ron Daniels:
    7 januari 2020
    Ja daar wordt je stil van, wij zijn in de killing fields geweest en hebben de duizenden schedels gezien. Geen woorden meer nodig, tranen komen op. Goed verwoord Mars.
  2. Ton Wijers:
    9 januari 2020
    indrukwekkend verhaal.
  3. Veerle Wijers:
    12 januari 2020
    jeetje mars, echt heftig om te lezen.